J.J. Adeneuer - Spatburgunder 2019 - Ahrweiler

Smaakprofiel: Mooie pinot noir met tonen van rood fruit, kersen en kruiden. Kenmerkend voor Spätburgunders van leisteen bodem is -naast al het rode fruit- een wat droppige smaak.

Ahr: Drie en een half uur rijden van Zandvoort bevindt zich, vlak bij Bonn, het riviertje de Ahr. De Ahr is een van de meest noordelijke wijnregio’s in Europa. Je zou verwachten dat zo noordelijk alleen witte wijn kan worden gemaakt, zoals langs de Mosel. Het samenspel tussen de Eifel (die de koude winden uit het westen tegenhoudt) en hellingen van leisteen op het zuiden maken de Ahr echter zeer geschikt voor pinot noir. De Ahr nadert met zijn eigen stijl (net als Oregon, VS en Central Otago, Nieuw-Zeeland) de voortreffelijkheid van de pinot noir in de Bourgogne.

Wijnhuis: Weingut JJ Adeneuer komt uit de Ahr, dit is het noordelijkste en kleinste wijnbouwgebied van Duitsland. In de Ahr wordt voornamelijk rode wijn geproduceerd. Dat het zo noordelijk toch mogelijk is om rode wijn te maken komt door meerdere natuurfenomenen. Doordat het riviertje de Ahr zich in de afgelopen miljoen jaar heeft ingesneden in een leisteen massief, is er een diep dal ontstaan waar de wind lastig in komt. Alle warmte blijft hangen in het dal waardoor het daar vaak wel 4 graden warmer is dan 1 kilometer daarbuiten. Ook heeft het Eifelgebergte een beschermende invloed. De wijngaarden staan voornamelijk op de steile terrassen, die als een groot natuurlijk amfitheater ideaal gepositioneerd zijn. Weingut Adeneuer bestaat al meer dan 500 jaar. Het wijngoed bezit wijnranken in de mooiste wijngaarden van het Ahrdal. De parel in de kroon is de Walporzheimer Gärkammer, aangeplant met oeroude stokken van de Kastenholz-kloon, die in de zeventiende eeuw door een monnik uit Bourgogne zou zijn meegenomen. Het is echter pas sinds de jaren 1980 dat hier grootse wijnen worden gemaakt. Net als Werner Näkel kozen Marc en Frank Adeneuer voor Spitzenklasse, lagere rendementen en Bourgondische wijnmaak technieken. Gaandeweg hebben Marc en Frank een eigen stijl ontwikkeld, waarin pinot, wijnjaar en wijngaard maximaal tot uitdrukking komen. Je zou het Duitser kunnen noemen: meer kersen dan bramen, meer kruiden dan eiken.  Kenmerkend voor Spätburgunders van leisteen bodem is -naast al het rode fruit- een wat droppige smaak